Het stopt bijna niet meer. Hoe langer ik hier ben, hoe meer ik
allerlei vragen krijg. Je kunt het je niet voorstellen. Heel recent
kwam er een jonge gast naar me toe, met de vraag om Jan Hoet
te spelen. Niet dat ik er op lijk, of enige professionele kennis van
wijlen Jan Hoet heb. Neen, dat durf ik me niet aanmeten. Maar
dat ik van alles iets af weet, is hier al langer bekend.
Maar kunst recescent , neen, dat is teveel gevraagd. En ondanks
kwam toch de vraag. Betrokkene verblijft in Gent, en is, wat men
in de States zo mooi een Afro-Amerikaan noemt. Hij is de man
van Dilila, die dan ook dikwijls zijn muze is. Hoe ik het verdien om
de eer te krijgen deze taak op te nemen, is me nog niet zo duide-
lijk, maar het was me een eer.
Betrokkene heeft een vlotte pen, ofte potlood, prozaïsch met
lijnen, kleuren, vormen. Alvast heel wat beter dan ik het doe, met
woorden. Maar natuurlijk bekijk ik dit van uit mijn oogpunt, die al
helemaal niet kan schetsen. Hij schetst vooral figuren, enerzijds
uit zijn verbeelding, anderzijds ook echte personen.
Bij de imaginaire beelden vertrekt hij nogal uit een Michelangelo-
stijl, vlezig, voluptueus, maar dan niet de liefelijke, romantische
kant, maar eerder het robuuste, dat voorbeeld staat voor ‘ the dark
side of life”, de onderwereld. Dark Prince, of dito namen zouden
wel passen bij zijn stijl. Vrouwen worden bijvoorbeeld afgebeeld
met strakke, mooie, normale vormen van borsten, maar daartegen-
over wel met grote dijen, en billen. Ik noem het de ” Tom Boonen
billen”. De reuze volumes zo typisch voor een top-renner.
Er zit ook veel hoekigheid in de afbeeldingen. En heel typerend
voor bijna alle figuren is : ze hebben een gezicht, de omvang er-
van, maar geen invulling. Het is als het ware dat de tekenaar geen
karakter wil uitdrukken.. een vaagheid, een stukje mysterie schep-
pen, door de toeschouwer zelf in te vullen.
Sporadisch heeft een tekening dan wel een vol gezicht, met neus,
ogen en oren, echte expressie, maar dan straalt het aangezicht
meestal een soort woede uit. Dit is dan door de ogen bv. een rode
kleur te geven, of alleen een hoekige diep ingeplante holte. Kort-
weg, zeer mysterieus. Vele figuren worden als het ware, verheven
tot een soort kelderstatus, die echt wel als imposant, licht dreigend
overkomt.
Ik weet dat de ontwerper van deze tekeningen, een beginner is,
en zeker nog in volle evolutie, zelfs veel technieken nog moet ver-
fijnen. Maar het heeft wel iets. En mits voldoende oefeningen zit
hier best wel wat talent verscholen. Het is apart, en waar het mo-
gelijks nu kan beschouwd worden als een soort therapeutische
expressie, zit er zeker een kunstzinnig element in.
Zoals bij alle top-talenten zou ik zeggen : oefenen en blijven oefe-
nen. Let wel op, en dit doet dan niets af van het eventuele talent,
wie ben ik als kunstcriticus ? Wat mij het meest nog aan interesse
opwekt, is de boodschap die de mens wil brengen, en eerlijk,
daarvoor heb ik te weinig met de man gewandeld. Hij is trouwens
bijna altijd aan het schetsen.