NAAR DE VERGEETPUT VAN ‘T GRAVENSTEEN.

Onder mijn vele correspondenten zitten ook gedetineerden, en
veelal zijn ze in hun brieven een bron van inspiratie voor mijn
artikels. Ik durf niet altijd letterlijk overnemen wat hun verzuch-
tingen zijn, maar er zit ook veel emotie in. Gekleurd door de paar-
se bril van miserie, van ongeloof. Je kan het niet voor mogelijk
houden, wat er allemaal op de mensen afkomt. En dit net in een
periode dat juist die mensen zo kwetsbaar zijn.

 

Ik wou u deze niet onthouden, uit één van onze laatste brieven.
Het gaat over iemand die het eigenlijk heel goed voor heeft, meer
zorg in de detentiesystemen, die er ervaring en kennis mee heeft,
maar zoals de meesten eerst botst op die muur van de realiteit.
Met name de armtierige benadering, het gebrek aan budget, en
zich de vraag stelt : waarom zijn de onderlijfjes zo dun geworden ?
Waarom zijn de lakens vuil, ze lijken niet gewassen. Waarom is
er zo weinig respect voor orde, netheid en hygiëne ? Waarom
hebben we geen recht op ‘opvoeders’ ipv. sleutelbewaarders ?
Waarom hangen we af van de goodwill ipv. structuren die oplos-
singen bieden ?

 

Waarom steken ze ons niet in de vergeetput van ‘t Gravensteen,
na vier dagen zijn we dood, en is alles opgelost.
Geen kosten meer.

 

Leve het budget.