Hij was oud, grijs en wijs… wat je meestal zou verwachten van mensen die op pensioen gaan. Niet Mr. De Directeur werd hij genoemd, maar Mr. Stas. Inderdaad, de man was zo lief en warm dat dit allemaal wel kon. Misschien niet de eerste dag van zijn aantreden hier, maar kortelings was het een gebruik de man bij naam te noemen.
Je zag hem dan ook zeer regelmatig op de gangen lopen, en een woordje delen met zijn cipiers en met zijn klanten. Niet dat hij geen administratie te doen had, maar hij gaf er de voorkeur aan daarboven uit te stijgen, en dat o zo belangrijke contact met mensen ( personeel en gedetineerden ) te verzorgen.
Hij wist zelfs diegenen die het extra nodig hadden te verwennen met een bijzonder persoonlijk gesprek, waar tijd geen rol speelde. Hij wou dit liefst van al nog veel meer doen, maar inderdaad, de administratieve rompslomp probeerde ook hem naar de keel te grijpen…
Wat je van hem zeker niet kon zeggen is, dat hij iets liet liggen… ondanks al het voorgaande kon je er op rekenen dat je vragen beluisterd werden, en steeds een gevolg kregen. Je kon praten tegen hem als mens en niet als Directeur in naam. Mr. Stas, als je ons zou lezen, onze woorden tijdens de afscheidsviering waren. ECHT, je was als een vriend.
WE MISSEN JE….